Opinie | Inflatieperikelen

De vlag ging uit toen deze week de nieuwste Amerikaanse inflatiecijfers werden gepubliceerd. De kerninflatie, dus exclusief voeding en energie, daalde van 4,1% naar 4,0%. Dat klinkt misschien niet echt spannend, maar de S&P 500-index vloog met 2% omhoog. En de rente op Amerikaanse staatsobligaties daalde in no time van 4,65% naar 4,45%. Voor obligatiebeleggers is dat een ongekende scherpe beweging. Powell kijkt tegenwoordig ook naar de super-kerninflatie. Daar wordt naast voeding en energie ook nog het effect van de huizenmarkt uitgehaald, zoals wij ook in Europa naar de inflatie kijken. Dat doet de Fed omdat de daling van de huizenprijzen met grote vertraging in de cijfers terechtkomt. Een centrale bank stemt zijn monetaire beleid af op de inflatie die wordt veroorzaakt door vraag en aanbod. En dan heeft het inderdaad weinig zin om naar de huizenprijzen van een jaar geleden te kijken. Die super-kerninflatie was overigens ook lichtjes gedaald, naar 3,7%. Na deze cijfers denken beleggers zeker te weten dat de inflatiehobbel achter ons is. De markt gaat nu al uit van vier renteverlagingen door de Fed volgend jaar. Blijven dromen zou ik zeggen. Dat gaat veel langer duren. Als je nog maar net zo’n enorme inflatiehobbel achter de rug hebt, zal de Fed lang wachten totdat hij echt zeker weet dat de geldontwaarding weer onder controle is. Beleggers mogen dan tevreden zijn, consumenten zijn dat zeker niet. Die zijn uitermate gevoelig voor prijsstijgingen. Er is dan ook een hoge correlatie tussen het consumentenvertrouwen en de inflatie. Nu de inflatie daalt, zou dat vertrouwen dus weer moeten stijgen. Maar nog steeds hoor je veel geklaag dat die daling wel leuk is, maar lagere inflatie betekent nog steeds prijsstijgingen. Feitelijk klopt dat. Sommige mensen willen dat de prijzen terug naar het precoronaniveau gaan. Dan kunnen ze lang wachten. Dat gaat niet meer gebeuren. En eigenlijk is dat maar goed ook. Want in de tussentijd zijn de lonen ook flink gestegen. Dus als de prijzen zouden dalen, zou er ook een daling van de lonen moeten komen. Daar zit niemand op te wachten. Het is bovendien een bekend psychisch fenomeen dat mensen snel gewend zijn aan een salarisstijging, maar de prijzen van vroeger nog lang onthouden. Ja, vroeger was een biertje nog twee gulden. Op sociale media zie ik veel vingers wijzen naar overheden en centrale banken als veroorzakers van deze inflatie. Maar goed, stelt u zich eens voor dat er tijdens de coronacrisis geen steun was gegeven. Dan zou de uitval van de vraag een dramatisch effect op de economie hebben gehad. Dat we een inflatiehobbel hebben gekregen is een vervelend bijeffect. Maar wel veel beter dan een complete ineenstorting van de economie. Dan maar een beetje inflatie. Over de column van Corné van Zeijl Corné van Zeijl is analist en strateeg bij Cardano en belegt ook privé. Reageer via [email protected]. Deze column kun je ook iedere donderdag lezen in het FD.See omnystudio.com/listener for privacy information.

Om Podcasten

Iedere week een blik op de financiële markten met Corné van Zeijl. Ook te lezen in het Financieele Dagblad.